Het nieuwe winkelen deel 5

stylist

Creatie en commercie

Honderdvijftien pagina’s dik is het rapport “Modevormgeving in Nederland” uit 2005. Ik was er in begonnen om het serieus te lezen maar bladerde al na een paar minuten min of meer doelloos heen en weer tussen de verschillende hoofdstukken. Het ging over clustertypologieën, innovatiesystemen, agglomeratievoordelen, segmentatie, kopstaartbedrijven en afhankelijkheidsrelaties, maar er was gelukkig na elk hoofdstuk een samenvatting en dat bood verlichting.

Hoewel je er van uit mag gaan dat een rapport dat in 2005 is geschreven er inmiddels niet meer toe doet, zou je daar de schrijfster, Monique Roso, eerlijk gezegd te kort mee doen. Monique haar opdracht was een rapport schrijven over de economische betekenis van vormgevers en dan in het bijzonder, de vormgevers in de mode-industrie. Het rapport handelt over het belang en imago van het merk, de doelgroep, de trendwatchers, de innovatie in productieprocessen, de ontwerper en de fabrikant van de stoffen, de fournituren, accessoires en het belang ervan, de marketing en de reclame, de inrichting van de winkels, de verkooppunten en de kwaliteit van wederverkopers. Monique onderzocht de logistieke keten van de kledingindustrie en bracht prima in beeld welke actoren daar allemaal deel van uitmaken. Niet zo maar iets, zo blijkt uit het rapport, het fabriceren van een (mode) kledingstuk. Het resultaat moest een mooi product opleveren, waarover is nagedacht, dat met zorg in de beste fabrieken, met de beste materialen en door de beste mensen is geproduceerd.

En werd dat perfecte product nog niet zo lang geleden verkocht in de omgeving die het beste bij het product paste, doen we dat tegenwoordig bij…………….. Zalando.

 

http://www.premsela.org/sbeos/doc/file.php?nid=1944