Waarom

Waarom

bergdorp

Na zijn geboorte zullen de eerste vier jaar van het aardse bestaan van de kleine salafistische Ibrahim nog wel enige vreugde hebben gebracht. Zijn zestienjarige moeder draagt hem op handen en zijn vader zit meestal in het koffiehuis. Als Ibrahim een jaar of vijf is en hij voor het eerst van zijn vader een ongelooflijke uitbrander krijgt omdat hij in zijn onschuld met zijn neus op een kleedje naar het westen ligt te bidden, komt de vraag “waarom” voor het eerst bij hem op. Er al te lang bij stil staan of de vraag simpel stellen waagt kleine Ibrahim maar niet. Bij gesprekken aan tafel had hij al een keer iets over stokslagen gehoord en bij de hond heeft hij kunnen zien hoe dat er uit ziet.

Sunah

Als Ibrahim acht is en ziet hoe een oude bebaarde schriftgeleerde met een lange lat zijn vriendje keihard op zijn handje slaat omdat hij even niet op vers 23 van Surah 35 kan komen, komt de vraag “waarom” wederom naar boven. De wens om hem ook daardwerkelijk te stellen is inmiddels bijna helemaal verdwenen. De beelden van de steniging van zijn favoriete juf Mirjam, die tot drie keer had beweerd dat de aarde rond was, probeert Ibrahim uit alle macht uit zijn hoofd te krijgen. De Imam zal wel gelijk hebben gehad en toen hij ook zijn aardige buurman, met bloeddoorlopen ogen, stenen naar Mirjam zag gooien, kwam voor het eerst “Allah is groot” over Ibrahims lippen. Zijn vader knikte hem bemoedigend toe en keek trots om zich heen of iedereen het wel gezien had. De vraag “waarom” spookte hooguit nog een paar keer per jaar door zijn hoofd, zoals die dag dat een buurjongen wegens homofolie terdood werd gebracht. Zijn baard wilde niet groeien en als klein jongetje speelde hij met poppen, maar het was toch ook een aardige jongen. Ibrahims jeugd was snel voorbij en hij had inmiddels geleerd dat opgaan in de menigte de beste garatie was voor een redelijk bestaan. De straat op als dat werd verlangd, protesteren tegen Amerika en Israel en dan minstens net zo hard schreeuwen als je buurman, viel het minste op. Eenmaal thuis gekomen dacht Ibrahim soms nog wel eens “waarom” maar liet de gedachte maar weer gauw varen. Je buren kunnen je gedachten vast niet lezen, maar je weet maar nooit.

 

Geen tocht voor Mirjam